Na een lange vlucht check ik ‘s avonds laat in bij mijn eerste hotel van mijn reis: Tebesaya Cottage in Ubud Bali. Ik word begroet met een buiging en mag plaats nemen op een comfortabel bankje voor het inchecken. Een welkomstdrankje mag niet ontbreken. Wat zijn de mensen hier relaxed! Ze stralen zoveel vriendelijkheid en rust uit dat ik mij gelijk helemaal thuis voel. De volgende ochtend zie ik nog beter hoe mooi het hier is…..
Magisch Ubud
De tuin van het hotel is adembenemend mooi en doet ook spiritueel aan door de hindoestaanse standbeelden en offerings die je eigenlijk overal hier op het eiland vind. Dit zijn met zorg gemaakte kleine kunstwerkjes van bamboebladen en bloemen – vaak ook met een stokje wierook – om de Goden gunstig te stemmen. Bali is voornamelijk hindoe en iedereen hier ademt religie. Ze bidden hier tot wel 6 keer per dag en bijna elk huis heeft wel een tempel. Het is alsof de spiritualiteit hier in de lucht hangt, dit is echt een magische plek!
De volgende dag laat ik mij door taxi brengen naar de volgende bestemming. Via AirBnB heb ik een accommodatie geboekt waar ik thuis al helemaal lyrisch over was, op de website omschreven als the magic and authentic Lumbung in Ubud. Dit is niet zomaar een verblijf, maar een hele luxe boomhut met uitzicht over de jungle. Hier zou ik echt helemaal tot rust kunnen komen – en dat is juist waarvoor ik deze reis heb geboekt. Ik ga hier mijn persoonlijke retraite van maken! Ik treed in de voetsporen van Elizabeth Gilbert, die hier haar ware liefde Javier Bardem tegen het lijf is gelopen!
Jungle
Eenmaal aangekomen bij mijn nieuwe verblijf ben ik wel wat teleurgesteld met wat ik aantref. Authentiek is het zeker, zo erg zelfs dat de ruimte deels open is, want er ontbreekt een muur aan de achterkant van het huisje – waar je zo de jungle inkijkt. Eerst denk ik dat ik het niet goed heb gezien en doe ik nog optimistisch de gordijnen die voor het gat hangen wat verder dicht. Ik kijk nog een keer, en ja het is echt waar. Er is echt geen muur. Ok. ik haal even diep adem. De eerste nacht hoor ik die junglegeluiden erg goed. De krekels hoor je luid tjirpen met af en toe het geluid van de gekko tussendoor. Om 5 uur ‘s ochtends hoor ik de hanen kraaien. HELP. Dit is geen retraite…..
Mijn humeur is de volgende dag gezakt tot het nulpunt, maar hey, ik ben nog steeds op een paradijselijk eiland! Ik besluit de omgeving te verkennen. Als ik zie hoe prachtig de omgeving in Ubud is, is mijn ochtendhumeur snel verdwenen. WOW. In zo’n omgeving kun je gewoon niet chagrijnig zijn. Even incasseren deze kleine tegenvaller en weer door. Bij het prachtige zwembad ben ik alle commotie even later alweer vergeten. Dit is genieten.
Ubud
Ubud is echt een aanrader. Hoe langer ik hier ben, hoe meer ik van de plek begin te houden. De mensen hier zijn warm en hartelijk, overal is de sfeer mystiek, harmonieus en ontspannen. Je moet wel een beetje weten waar je moet zijn hier. Het is van oudsher een kunstenaarsdorp en overal vind je leuke, hippe eettentjes waar je extreem gezond kunt eten, maar het centrum is ook langgerekt en overal vind je wel leuke plekjes om te zijn.
Gezondheid is belangrijk hier. Dit is sowieso zo op het hele eiland. Waar ze in Nederland nog vreemd opkijken als je een shot tarwegras bestelt – dat was mij laatst overkomen in Den Haag – vinden ze dit hier de normaalste zaak van de wereld. Ze lopen hier voorop en de plek heeft daarom een grote aantrekkingskracht op echte health freaks, maar ook op mensen die zich bezig houden met spiritualiteit. Als je yoga of meditatie wilt beoefenen, is dit echt de plek ervoor.
Rijstvelden
Je vindt hier een mooie groene omgeving met prachtige grote junglebomen en groene rijstvelden. Ik verblijf iets ten noorden van het centrum maar dat vind ik heerlijk, want het is hier nog heerlijk rustig – de echte kern van Ubud is wel echt heel hectisch. Lekker rondstruinen – wat overigens niet meevalt want ze doen hier niet aan voetpaden en om de minuut stopt er wel een scooter met iemand die ‘want traffic?’ vraagt – en de omgeving in me opnemen. De laatste paar jaar is het toerisme op Bali, en vooral ook Ubud, enorm gegroeid. Het succes van Eat Pray Love, met miljoenen lezers over de hele wereld, heeft hier een grote rol in gespeeld lees ik in de Lonely Planet.
Toevallig ligt mijn hutje vlakbij waar de film Eat Pray Love is opgenomen.
Eat Pray Love
Grappig detail: ik boekte mijn reis naar Bali niet vanwege het boek… maar nadat ik mijn Magic Lumbung heb geboekt las ik dat mijn hutje stomtoevallig vlakbij de plek ligt waar de film van Eat Pray Love is opgenomen. Hoe leuk is dat. Ik ben op dezelfde plek als Julia Roberts. Nog een toevalligheid, een paar maand voor mijn Bali- reis was ik op vakantie in Italië. En waar gaat Julia/Elizabeth heen voor Bali… Je raad het al. Moet ik het nog zeggen? Ja, Italië. Maar genoeg hierover. Terug naar mijn reis en mijn dag in Ubud. Ik ontdek al snel een prachtig koffietentje. Hier heb ik de lekkerste latte met caramel ooit gedronken! Nog lekkerder dan in Nederland.
Ik verblijf een paar nachten in mijn Lumbung en daarna ga ik naar wat achteraf gezien echt de highlight van mijn vakantie is. Mijn stukje hemel op aarde, de plek waar iedereen je kent en je vol hartelijkheid begroet: Hotel Plataran, ook in Ubud. Dit is met stip op 1 het mooiste hotel waar ik ooit heb overnacht. Het uitzicht vanuit mijn hotelkamer is zo ontzettend mooi. Ik kan het bijna niet geloven. Ik word er stil van. Hier kan ik wel aan wennen, aan dit leven.
Vervoer in Ubud
Ik weet snel al steeds beter mijn weg te vinden in Ubud. Het is heel makkelijk hier om van A naar B te komen want bijna elke scooterrijder is ook een taxichauffeur en je springt zo bij iemand achterop. Zo kun je overal naartoe, waar je maar wilt, voor een paar euro. Ik ontmoet al snel de altijd vrolijke Ketut. Een chauffeur en gids die werkt vanuit Ubud en je voor lachwekkende bedragen van een paar tientjes het hele eiland rondbrengt. Eindelijk mijn eigen privé-chauffeur, want de auto hoef je dan niet te delen. Dit maakt het rondreizen zo veel makkelijker.
Na een week verlaat ik Ubud. Een beetje met pijn in mijn hart, maar ik ben hier niet voor het laatst, want ik blijf deze plek gebruiken als uitvalsbasis om andere stukken van Bali te zien. Ik ben zo weg van Hotel Plataran dat ik zelfs besluit hier later nog een nacht te boeken – ondanks dat dit even heel erg pijn doet in mijn portemonnee. Mijn volgende bestemming: de Gili-eilanden.
Geen opmerkingen